Kökcü: ''Spelers van buitenaf kennen dat fanatisme niet''

Orkun Kökcü is uitgegroeid tot een belangrijke schakel in het elftal van trainer Arne Slot. De 22-jarige middenvelder merkt dat zijn ontwikkeling de laatste maanden hard gaat. De basis is gelegd in de jeugdopleiding van Feyenoord. Kökcü is lovend over de manier waarop de Rotterdammers talenten ontwikkelen. Kritische geluiden in het verleden heeft hij dan ook met verbazing meegekregen.

''Geloof me, Feyenoord heeft al jaren een goede opleiding'', vertelt Kökcü in De Telegraaf. ''Daar is nooit wat mis mee geweest. Ik heb echt goeie trainers gehad. Een anonieme speler, die het niet heeft gehaald, heeft met een verhaal een keer zijn gal gespuwd en dat is een heel ding geworden. Ik kan me dat stuk nog goed herinneren. Hoe kan je zo praten, dacht ik. Er zijn hier door de jaren heen altijd veel spelers doorgebroken. Is de jeugdopleiding dan slecht? Daarvoor waren er ook zat die via Feyenoord 1 Oranje haalden: Tonny Vilhena, Jordy Clasie, Stefan de Vrij, Terence Kongolo, Bruno Martins Indi, Rick Karsdorp.''

Kökcü ziet dat spelers afkomstig van Varkenoord qua mentaliteit een stuk verder zijn dan de aankopen die Feyenoord doet. Spelen in De Kuip en omgaan met kritische geluiden van supporters is niet iets waar jeugdspelers voor weglopen. ''En dat is heel bepalend: wij hebben geen Kuipvrees. Ik zat als jonge jongen met mijn vader al tussen de supporters in een vak. Dan hoorde ik ze om me heen schelden bij een slechte bal. Ze zijn bloedfanatiek bij Feyenoord. Maar dat schelden is geen kritiek, want dezelfde gasten springen als gekken en vinden je de beste als je scoort. Maar spelers van buitenaf kennen dat fanatisme van onze aanhang niet.''

In Haarlem waren al zijn klasgenootjes voor Ajax, maar Kökcü merkte al snel dat een volksclub als Feyenoord beter bij zijn mentaliteit past. De middenvelder had dus al vrij snel zijn keuze gemaakt. ''Als kleine jongen keek ik met mijn vader vooral naar wedstrijden in de Turkse Lig. Totdat ik een keer een spannende wedstrijd van Feyenoord zag en ze scoorden. De camera danste op en neer waardoor het hele beeld op de tv danste. Op de tribunes zag ik alleen maar ’gekken’. Die gasten in het vak waren echt ’crazy’ en dat vond ik waanzinnig. Vanaf dat moment was ik voor Feyenoord.''