Giovanni van Bronckhorst kan naar eigen zeggen beschikken over een brede selectie, maar vooralsnog komen de reservespelers er nog niet aan te pas. Alleen Jan-Arie van der Heijden heeft zich van de bank teruggeknokt in de basis.
Michiel Kramer moet nog geduld hebben. ''Ik had het idee dat ik vorig seizoen wel iets had laten zien. Maar ja, het elftal staat nu, het gaat goed met Feyenoord, dus wat heb ik te zeggen? Helemaal niets'', zegt de spits in het Algemeen Dagblad. ''Ik ben eerlijk: daar heb ik echt wel moeite mee.''
Kramer vond het pijnlijk dat hij één minuut mocht invallen tegen Heracles. ''Maar ik wil helemaal niet weg bij Feyenoord. Ik wil kampioen worden met deze club.'' Tegen FC Oss scoorde hij weer.'' De aanvaller houdt moed als hij naar Van der Heijden kijkt. ''Dat kunnen Vejinovic, Tapia, Gustafson en ik ook.''
Dan moeten ze wel beter spelen als ze de kans krijgen. ''Ach, tegen 'FC Oss had ik alleen maar iets te verliezen. Dat zijn klotewedstrijden om te spelen. Scoor je drie keer, dan zegt iedereen 'ach, het was maar FC Oss'. En loopt het niet, dan zeggen ze: zie je nou wel? Ik draai er niet omheen: uitwedstrijden met het tweede elftal haal ik geen enkele voldoening. Het gaat erom wat ik bij het eerste elftal laat zien.''
Plaats reactie
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties