De geblesseerde Eric Botteghin is tevreden over zijn eerste seizoenshelft bij Feyenoord. ''Zoals het nu gaat, mag ik niet klagen'', zegt de Braziliaanse mandekker in de nieuwe editie van supportersmagazine Hand in Hand. Lang moest hij Jan-Arie van der Heijden voor zich dulden.
''Ik heb mezelf toen voorgehouden dat er een moment zou komen waarop er weer een beroep op me zou worden gedaan en dat ik er dan meteen weer moest staan. Het was natuurlijk geweldig dat dat precies thuis tegen Ajax was.'' Botteghin heeft genoten van De Klassieker. ''Het stadion was uitzinnig en ik voel me bevoorrecht dat ik één de spelers ben die dan wordt toegejuicht.''
Als Zuid-Amerikaan droomde hij van jongs af aan al van een carrière in Europa. ''Zeker nu ik bij Feyenoord zit, heb ik echt het gevoel dat ik best wat heb bereikt. Mijn andere clubs in Nederland (PEC, NAC en FC Groningen, red.) waren ook allemaal geweldig. Maar Feyenoord is echt een grote club, dat merk ik hier aan alles. Ik vind het mooi om onderdeel van zo'n grote club te zijn.''
Met Sven van Beek vormde hij wekenlang een puur rechtsbenig centrum. ''Ik heb niet het idee dat het ons hindert'', aldus Botteghin, die in de eredivisie meer allround is geworden. ''Ja, ik schuif vaker in als het kan. Het is een beetje een cliché, maar het was nieuw voor me dat ik als mandekker ook moest kunnen meevoetballen. Bij PEC Zwolle leerde ik al dat ik soms ook met de bal de middellijn moet oversteken. Maar ik zal nooit een voetballer worden die continue inschuift. Daarvoor ben ik teveel een typische verdediger.''
Plaats reactie
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties